Column Bert Heikens (huisarts) januari 2023
Spoed
Diensten doen hoort bij ons vak. Zo is dit altijd al geweest. Sommigen van u weten vast nog wel hoe dat vroeger ging. Toen ik begon als huisarts deden wij als Harener huisartsen de diensten in ons eigen dorp. Het dienstnummer werd elke week trouw gepubliceerd in de lokale krant, met daarbij de naam van de arts die dat weekend dienst had. We hadden een centraal telefoonnummer.
Ik nam dan meestal zelf de telefoon op en organiseerde een paar spreekuren op zaterdag en zondag. Daarnaast deed ik huisbezoeken. Druk had ik het wel eens, maar ik kan me niet herinneren dat het te druk was, zodat ik bijvoorbeeld hulp moest inroepen van een collega. Waar lag dit aan? Aan de drempel om te bellen in het weekend? We leefden twintig jaar geleden nog niet in een 24-uurs economie. Nu wel en daar hoort de gezondheidszorg ook bij. Spoed is helaas al lang niet altijd meer spoed. Je kunt hierover twisten of dit goed is. Ik denk echter dat het niet goed is voor de gezondheidszorg in het algemeen. Met de toenemende tekorten in personeel kunnen we dit niet opvangen. Dit blijkt nu al wel als je ziet hoe vaak de spoedeisende hulp in het Martiniziekenhuis te vol zit en de huisartsenposten de zorgvraag niet aankunnen. Binnenkort beschik ik over een app waarmee ik inzicht heb in de drukte op de verschillende SEH’s zodat ik niet eerst meerdere ziekenhuizen moet afbellen waar ik nog een patiënt heen kan sturen.
Dit lijkt positief, maar eigenlijk is het een foute ontwikkeling. Wij als zorgverleners lossen het maar weer op, terwijl de politiek zou moeten ingrijpen. Het lijkt er steeds meer op dat we op een zorginfarct afstevenen en ik huiver voor toestanden zoals ik die in Engeland momenteel zie. Zeker met de uitdagingen die de toenemende vergrijzing met zich meebrengt.
Geen reacties