Column Contest 2010, stem!
In Haren de Krant treft u deze maand vijf genomineerde lezerscolumns aan. Ze maken kans op de hoofdprijs van honderd euro. Lezers bepalen wie er wint. Lees de columns hier en stuur ons per e-mail uw voorkeur toe. Dat kan tot 1 januari 2011. Op deze website zullen wij op 3 januari 16.00 uur bekendmaken welke column heeft gewonnen.

Welke column is goed voor honderd euro?
Stemmen, hoe?
Mail aan redactie@harendekrant.nl uiterlijk 1 januari uw stem, vermeld de titel van uw favoriet. Vermeld ook uw naam en woonplaats. Per mailadres tellen we de eerstbinnengekomen stem. Maximaal één per mailadres.
DE GENOMINEERDE COLUMNS
Column 1: Citybus in wintertijd
Door Mariska Wildeman, Haren
Gezellig even lunchen in de stad. Met de Citybus Haren-Groningen. Het is buiten stervens koud. Ik kom aan bij City-bus-Station-Haren. Wat een chaos op de parkeerplaats. Verbaasd kijk ik naar alle auto’s die opgepropt binnen en buiten de parkeervakken staan. Parkeren… Mooi. Ik ben op de fiets! Print mijn City-verblijf-bewijs uit en wacht op de bus. Wat gaat dat toch lekker vlot, hij is er al. Samen met nog wat keurige dames en heren stap ik in. Lekker warm, een vrolijke buschauffeur en iets minder zijn de vieze harige stoelen. Wat is hier binnen gebeurd? Een schoonmaker die met stofzuiger geen stof zuigt, maar stof blaast? Enfin. We vertrekken. Wegdromend kijk ik naar de witte wereld buiten. Plots voel ik mijn bonnetje, Citybus-verblijf-bewijs, niet meer. Hij zat toch echt in m’n zak… Midden op het pad zie ik er één liggen. Die zou toch niet van mij zijn? Wat voor datum staat erop? Ja verrek. Mijn Citybus-verblijf-bewijs ligt daar. Ik sta op, pak het kaartje en loop terug. Kijk nog even om en zie dan alle gezichten op mij gericht. Op mij! “Meisje laat liggen!”, “Blijf toch met je tengels van andermans spullen af!”, “Zij belazert de boel!”, “Besparen op een buskaartje pff”. Ik hoor ze denken. Al die gezichten met hun gelaatsuitdrukkingen. Wat mij diep raakt is dat ik hun afkeer kan voelen en zien. Wat heb ik hun misdaan? Ik pak alleen mijn Citybus-verblijf-bewijs op die waarschijnlijk gevallen is terwijl ik op zoek was naar een redelijke stoel. Just me, friendly as usual, brabbelt nog wat naar een paar starenden. Maar geen reactie.We zijn er. De eerste halte dan. Dichtbij plaats van bestemming. Het Peerd van Ome Loeks, dit keer met vier dartelende, vrolijke, fotograferende Chinezen om zich heen, staat er weer in volle glorie bij. Mijn eindpunt is de Grote Markt. Oké bus. City bus! Rijdt maar door a.u.b. Ik heb nog tien minuten. Een afspraak ja. Lunchmaatje wacht. Wat doen ze toch? Had zich ergens een ramp voltrokken ofzo? Overstekende oude dames met rollators? Nee he! Ik zie het al. Een Citybus-chauffeur-wissel. Bah heb ik weer. Stonden ze nu al vijf minuten te kletsen met elkaar? “Bij Citybus-chauffeur-wissel is uw reistijd tien min. langer.” Ik herhaal: “Bij Citybus- chauffeur-wissel is uw reistijd tien minuten langer!” Juist ja. Eenmaal op de Grote Markt de Citybus chauffeur bedankt en gauw mijn lunchmaatje opgezocht. Gezellig lunchen in de stad!
Column 2: Kont
Door Eddy Nip, Haren
Bijzonder wellicht, maar het overkwam mij op één dag drie keer en waarschijnlijk juist daardoor bleef het in mijn hoofd rondspoken. Halverwege september kwam mij op de Lutsborgsweg zo’n sliert scholieren tegemoet vooraf gegaan door twee meesters – misschien moet ik wel van onderwijskrachten spreken- en eindigend in naar ik meen twee juffen. Omdat de hele sliert terplekke om geparkeerde auto’s moest slalommen zette ik mijn auto even stil. Gelegenheid genoeg om te zien dat de jongens bij de jongens fietsten en de meisjes bij de meisjes waarbij het staartstuk qua fiets en kleding overwegend roze kleurden. Een feest om te zien hoe deze kinderen – waren ze een jaar of 7? – er allemaal vrolijk op los tetterden. Een uitgelaten stoet. Een paar uur later herhaalde zich dit tafereel vanuit de Ruitersteeg, een andere groep, andere meesters en andere juffen en ondanks het feit dat ik voorrang had zette ik ook nu de auto even stil. Opnieuw vrolijke kletspartijen en een drukte van belang. Dezelfde dag zo rond het middaguur trof ik in Groningen in de nabijheid van het Martiniziekenhuis een stoet kinderen aan welke onder begeleiding de weg over moesten steken en waarbij één van de begeleidsters in spreidstand met haar kont gericht naar mijn auto het kinderspul veilig liet oversteken. Allemaal twee aan twee, de meesten hand in hand, oilily op de rug en druk aan de babbel. Wat mij beide keren al in Haren diep raakte was dat geen van de begeleiders met een knik of handgebaar, of al was het maar met enig oogcontact, mij even bedankte voor het stilzetten van mijn auto. Stel dat de meester zijn hand als bedankje even vriendelijk naar mij had opgestoken dan was het zelfs mogelijk geweest dat sommige kinderen- al was het maar uit balorigheid- ook jolig even bedankt hadden want goed voorbeeld doet volgen…. toch ? Nu, U begrijpt het zeker al, de begeleidster in Groningen keerde haar kont en sloot tenslotte achter haar groepje aan en ook zij keurde mij geen blik waardig. Misschien behoren deze mensen tot de generatie die bij het verlaten van een supermarkt niet of nauwelijks weet of er achter de kassa een man of een vrouw zat maar zou het niet in en in triest zijn als al deze vrolijke, kwekkende, enthousiaste kinderen het zelfde voorbeeld gaan volgen ?
Column 3: Erotische Amy
Door mw. E.M. Schrama, Hoofddorp
Gisterenavond ben ik even een bakkie gaan doen bij Chris, mijn zoon. Meestal komt hij eens in de twee weken bij mij. Ik had het nieuwe behang nog niet gezien en als moeder ben je toch nieuwsgierig. Chris heeft een tien jaar oude poes, Amy. Als ze iets wil zien kan ze dat niet alleen met haar ogen doen. Ze moet haar hele koppie mee draaien. Ze loenst ook een beetje. Toen ik haar voor het eerst zag vond ik haar iets van Conny van den Bosch hebben. Als de avond vordert komt ze bij je zitten en gaat aan je haren likken. Daarna likt ze je voorhoofd en vervolgens je oren. Ze doet dit zo subtiel dat je daar direct erotische gevoelens bij krijgt. Nou is ze zich daar niet van bewust en Chris gelukkig ook niet. Ik ging toch wel met een beetje licht gevoel de deur uit, maar wat mij diep raakt…… Ze doet het bij iedereen! Een beetje een sletje is het wel……
Column 4: Het onopgemerkte besluit
Door Arjen Sloot, Haren
Dierenleed, corruptie, onrechtvaardigheid, zinloos geweld. Wat raakt mij diep? Een open vraag, een persoonlijk antwoord. Trouwens, wat is zinvol geweld? Dagelijks nemen we met z’n allen miljarden beslissingen. Vele onbewust, een enkele bewust. Gaan we linksaf of rechtsaf naar het dorpscentrum? Kopen we nu wel of niet dat huis? Probeert u zich eens voor te stellen: welke beslissing neemt u over 18 minuten en 34 seconden? Meestal gaat het nemen van besluiten ons goed af. Ik ga rechtsaf, iemand anders besluit mij voorrang te verlenen. Toch denk je niet bij elke keer dat je voorrang krijgt: gelukkig maar. Ik haal een hand door mijn haar. Ik loop naar de koelkast, of toch een kopje thee maken? En zo draag ik bij aan die miljarden beslissingen. Dat doet u ook. U besluit nu om deze column verder te lezen, toch? Dat ‘met z’n allen’ worden er steeds meer. Dagelijks komen er 6 miljoen mensen bij. En de mensen die er al zijn, worden gemiddeld steeds ouder. Dus dat worden exponentieel meer beslissingen die we samen nemen. Ergens gaat het een keer mis. Grondstoffen worden schaarser, terwijl de vraag toeneemt. Technologische ontwikkelingen gaan niet snel genoeg om tekorten te compenseren. We kunnen het groeitempo van de wereldbevolking niet bijhouden. We worden minder verdraagzaam voor elkaar, voor bevolkingsgroepen, voor landen. Er wordt openlijk getwijfeld aan de euro. Moeten wij opdraaien voor problemen in andere Europese landen? Solidariteit wordt zelfs schaars. Ergens gaat het nemen van besluiten een keer mis. Goed mis. Als een ziekte die je altijd te laat ontdekt. We weten niet wanneer, we weten niet waarom. Omdat het een optelsom is van besluiten, onbewuste besluiten, onopgemerkte besluiten. En omdat we het ontdekken als het te laat is. Het gaat de mensheid ooit overkomen. En dat raakt mij diep. Tot het moment dat het mis gaat, wens ik u miljoenen wijze besluiten toe. Want misschien duurt het wel een eeuwigheid of twee. Of in ieder geval tot de volgende ijstijd.
Column 5: Buurman
Door Nina Keun, Haren
Het mos in de voortuin, net ontdaan van het blad van de honderd jaar oude beuk, is bedekt met een mooi pak sneeuw. Wat ziet de wereld er anders uit! Het lijkt of alles even stil staat…. Maar dan zie ik de merels die komen eten van de bessen. De struik staat voor het raam en het is alsof je de merels zo kunt aanraken. Ik ben in gedachten verzonken als ik opschrik van iets groots in de tuin. De buurman maakt een voetspoor door de tuin en komt binnen. Hij heeft een vraag. Hij komt echter niet op het woord dat hij nodig heeft voor die vraag. “Het zijn bolletjes en je kunt het eten.” Ik probeer het met aardappels, koekjes, maar het juiste woord zit er niet bij. Daarom loopt de buurman hetzelfde voetspoor terug en komt even later terug met een doosje. “Hoelang moet ik hier iets mee doen totdat ik het kan eten?”vraagt hij. Mijn antwoord wordt opgeschreven en ook het woord eieren noteert hij in zijn agenda. Dementie, wat is het een enorme handicap als je daarmee te maken krijgt. De buurman gaat er “creatief” mee om en raakt gelukkig niet in paniek. Als hij de weg niet meer weet en huizen niet herkent, fietst hij door. “Want”, zo zegt hij, “er komt vanzelf weer een stuk dat ik me wel herinner. Eenzaam is het wel, deze wereld waarvan je delen vergeet…..”Dat weet ik inderdaad nog van mijn oma. Toen zij steeds meer vergat, ging ze een ander leven leiden (soms lijden…..), ze bedacht haar eigen droomwereld. Zo was ze toch echt juf geweest en leefden mijn opa en vader weer…..
Wat mij diep raakt is dat onze buurman wel graag in deze wereld wil blijven vertoeven en met behulp van zijn agenda er alles aan doet om erin te blijven. Hulp vragen blijft voor hem moeilijk, maar gelukkig doet hij het wel. Ik geniet van zijn zwaaimoment ‘s ochtends en ‘s middags als ik de kinderen naar school breng. Hij staat er als een koning en wuift “het volk” toe.
Na een kopje koffie pakt de buurman de doos op en zegt nogmaals: “Eieren”. Ik zwaai nog even als hij buiten is en richt mijn blik dan op de mezen die zich tegoed doen aan de vetbollen. Het sneeuwt weer en van het voetspoor is niets meer te zien….
Geen reacties mogelijk