Haren april 1945. Drie verhalen over de bevrijding.
Herinneringen aan de oorlog in de gemeente Haren. Zeventig jaar na dato. Drie verhalen die boekdelen spreken. Ze verschijnen ook in Haren de Krant die deze week wordt verspreid.
Verhaal 1: Glimmen – mei 1945: Victorie Vrijheid!
Vorig jaar overleed Bram Deen, 90 jaar oud. Hij was vroeger betrokken bij garagebedrijf Deen in Glimmen en bracht in dat dorp aan de Rijksstraatweg zijn jonge jaren door. Tijdens de oorlog werd hij in Duitsland te werk gesteld, maar wist met een smoes toestemming te krijgen om terug te keren naar Holland om zijn ‘zieke zus’ te verzorgen. Deen dook onder en ging verzetswerk doen. Dat vertelt zijn dochter Luciënne.
Na moeizame jaren waarin Deen alles deed om de bezetter te tarten kwam op 14 en 15 april 1945 de bevrijding van Haren. In mei 1945 heeft de destijds 21-jarige Bram zijn euforische gevoelens vertolkt door met teer VV (Victorie Vrijheid) te schrijven op een dikke boom tegenover zijn ouderlijke woning aan de Rijksstraatweg. Met een mes kerfde hij bovendien A.D. (zijn initialen) en A. Deen in de stam.
Anno 2015 is deze vreugdekreet nog steeds goed te zien op de boom tegenover de voormalige garage (nu is dat een braakliggend perceel). De VV heeft weer en wind en 70 jaren vrijheid overleefd. Passanten met vrede en veiligheid in hun dna kunnen met een blik op die boom nog even terugdenken aan de tijd dat terreur regeerde, zelfs in de gemeente Haren.
Verhaal 2: De bevrijding door de ogen van een kind aan de Westersedrift
Bernhard Dalenoord (1942) was nog maar een kleine jongen toen de oorlog ook in Haren littekens veroorzaakte. Hij woonde met zijn ouders Gaike en Annie Dalenoord aan de Westerse Drift in een huis vlakbij het huidige Zernike College. Hij reconstrueerde de oorlogsjaren en schreef het verhaal op. Angst, moed en het alledaagse leven komen er in voor. Copyright: B. Dalenoord
Door Bernhard Dalenoord
Het was een echelon (afdeling) van het Canadese Fort Garry Infantry Horse Regiment dat Haren op vrijdag 13 april vanuit Eelde-Paterswolde met verkenningseenheden binnentrok. Maar de Duitse posities ten noorden van de dorpskern waren zwaar bewapend en de verkenners trokken zich voor die nacht terug. In de avond van 13 op 14 april ging het nog bijna mis. Met een groepje BSers (Binnenlandse Strijdkrachten) waaronder Jaap van Meurs, was vader op onderzoek gegaan. Met name zochten ze naar documenten in het gemeentehuis. Plotseling vernemen zij dat de voorste Canadezen zich terugtrekken en dat er weer Duitsers in aantocht zijn. Ze wisten de Duitsers te ontwijken via de achterdeur. De frontlijn liep die nacht dus dwars door ons dorp! Er heerste verwarring, maar hoe het ook zij, een etmaal later op zondag 15 april was Haren bevrijd. Na de bevrijding nam vader het bestuur in Haren over als tijdelijk burgemeester. De blauwdruk voor de bestuursovername in de bezette gebieden was al in London voorbereid. Elke provincie kreeg een Provinciaal Militair Commissaris. Voor Groningen was dat de luitenant kolonel Hein Holtkamp. Overste Holtkamp benoemde vader tot gezaghebber, je zou dus kunnen zeggen een soort burgemeester. In het najaar van 1945 werd vader opgevolgd door de heer Klaasesz als waarnemend burgemeester van Haren.
Op 15 april keren we terug naar ons huis, maar dat was deels leeggeroofd door de Duitsers. De terugtrekkende legers gapten zowat alles wat ze te pakken konden krijgen om mee te nemen ins Heimat. Wat later vernamen we dat ook onze zeilboot de “Argonaut”, een grote BM, verdwenen was. Met andere buit was die op sleep meegenomen richting Delfzijl en uiteindelijk ging dit alles in het oorlogsgeweld rond Delfzijl verloren. Er werd zelfs gezegd dat de sleepbootkapitein bewust een deel van zijn sleep had kapot gevaren waardoor de spullen gelukkig niet in Duitsland aankwamen.
Op het grote weiland zuidelijk naast ons huis aan de Westersedrift (nu Zernike College) dat omzoomd was met Drentse wallen, sloeg een Canadese brigade met bevrijders zijn tenten op. Voor ons kinderen geweldig de jeeps, halftracks, tanks, tenten en natuurlijk die stoere Canadese bevrijders. In de Drentse wal van onze achtertuin werd naar het kampement een doorgang gekapt. Op ons overdekte achterterras werd een militaire keuken ingericht, daar hadden ze stromend water en elektriciteit. Allemaal erg spannend voor een mannetje van ruim drie jaar oud. Ik mocht op straat op het hoekje van de Ruitersteeg een keer meerijden voorop een tank en weet dat nog steeds, ik denk dat ik mij op dat moment ook een beetje een stoere bevrijder voelde! Het militaire kamp werd wekenlang daarna nog gebruikt en het speet mij geweldig dat ze op een dag vertrokken waren. Inmiddels had ik een aardig woordje Engels opgestoken. Nog enkele jaren bleven de sporen van de voertuinen in het weiland zichtbaar. De bevrijding van de stad Groningen volgt na zware gevechten op 16 april 1945.
Moeder wordt op 16 april uit de gevangenis bevrijd. Op 13 april hadden de Duitsers alle vrouwelijke gevangenen naar Duitsland willen transporteren, maar gelukkig was er toen al genoeg onrust en angst onder de bezetters, zodat dat voorkomen werd. Ook had de SS de gevangen mannen willen doden, maar moeder vertelde later dat een Wehrmachtsofficier dit voorkwam door met zijn soldaten voor de gevangenen te gaan staan: “Es ist genug gewesen” had hij geschreeuwd. Meer hollend dan lopend gaat moeder over de Rijksstraatweg naar Haren. Nog steeds gekleed in het tweed mantelpakje dat ze droeg toen ze op 1 april weggesleurd werd, holde ze naar mij toe, pakte me in haar armen en begon te huilen. En ikzelf ook denk ik! Van de Canadese soldaten kreeg ik veel chocola en ander snoepgoed, maar mijn maag kon niet tegen dat onbekende spul en ik kwam onder de pukkels en zweren te zitten. Mijn eerste banaan stak ik met schil en al in mijn mond, ik kende die rare gele dingen niet!
Verhaal 3: Haren ontsnapte aan slagveld tijdens bevrijding
Door Sipke de Wind
Foto: Kanonnen aan de Rijksstraatweg
De bevrijding van Haren is onlosmakelijk verbonden met de stad Groningen. Maar dat het er voor Haren om gespannen heeft weten velen niet. In de stad Groningen werd aan het eind van de oorlog een Kampfkommandant benoemd, die veel bevoegdheden had gekregen en een soort van militaire dictator was. Het was een militair in de rang van kolonel en aangesteld om de stad Groningen tot de laatste man te gaan verdedigen. Hiertoe had Hitler al eerder een zogenaamd Führerbevel uitgevaardigd. Om zijn opgedragen taak goed uit te kunnen voeren werd zijn gebied naar het zuiden uitgebreid met het dorp Haren en het rangeerterrein van Onnen. De Kampfkommandant wilde de strijd in Groningen gaan leiden vanuit de in 1942 gebouwde Kommandobunker type 608 voor de hoofdingang van het Stadion Esserberg (Be Quick). Het betonnen kolos was voorzien van alle soorten telefoonleidingen, radioverbindingen en zelfs een telexverbinding met een decodeermachine Enigma erop.
Verdediging Haren
Het dorp Haren werd aan de noordkant door een dubbele verdedigingslinie beveiligd vanaf het Noord-Willemskanaal tot aan het Winschoterdiep. Haren was opgenomen in de verdedigingslinie van de zogenaamde Seelöwestellingen, aangelegd om bij vijandelijke luchtlandingen en vanuit zee een stoplinie te kunnen bemannen met het front naar het westen. In Harenermolen was een dubbele tankgracht aangelegd vanaf het Winschoterdiep naar het Noord-Willemskanaal. Hier tussenin bevond zich een compleet samenstel van loopgraven en mitrailleurnesten. Dit stelsel van tankgrachten herhaalde zich tussen het zuiden van de stad Groningen en Haren-noord. De commandobunker werd beveiligd door een aantal tankgrachten en een driedubbele draadversperring. De onbekend gebleven Duitse aanvoerder, een kolonel, was vastberaden om vanuit de bunker langdurig leiding te gaan geven aan de verdediging van Groningen. Dit zou inhouden dat in ieder geval Haren-noord ook zou worden verdedigd. Binnen dit vlechtwerk van tankgrachten, loopgraven en mitrailleursnesten lag de zware commandobunker en deze kon met al haar verbindingen de verdediging heel goed ondersteunen.
Kanonnen
Achter de eerste tankgracht direct ten noorden van Huis de Wolf waren twee 7,5 cm Flakkanonnen opgesteld met de loop dreigend in de richting van Haren. Er stonden drie stukken Flak geschut opgesteld voor ondersteuning met snelvuur van 20 mm granaten. Een indrukwekkende vuurkracht op een smal front over de rijbaan van de Rijksstraatweg. Daarnaast waren diverse villa’s langs de weg bezet door groepjes Duitse soldaten bewapend met mitrailleurs en Panzerfausten (antitank raketten). Als het tot een gewapend treffen was gekomen tussen dit opgestelde zware Duitse oorlogsmateriaal en de Canadezen, was het voor Haren heel slecht afgelopen. Een rechtstreekse aanval met tankvoertuigen zou in eerste instantie zeker door de Duitse verdediging zijn afgeslagen met alle gevolgen van dien. En artilleriebeschietingen door de Canadezen zou dan het logische gevolg zijn geweest. Haren was dan getroffen door oorlogsgeweld met alle gevolgen van dien. Aanwonenden zagen het destijds ook zo en verwachtten daar een veldslag. Zij verlieten zoveel mogelijk hun huizen aan de Rijksstraatweg. Het zag er gevaarlijk uit voor Haren. Op zaterdagmorgen 14 april 1945 rukten de Canadezen globaal op vanaf de Meerweg door Haren heen tot aan de Botanicuslaan en bleven daarmee net uit het zicht van de Duitse kanonnen. Door een flauwe bocht in de Rijksstraatweg konden de Duitsers net niet tot aan het dorp Haren kijken. De Cannadezen waren gestopt en er ontstond een patstelling, waarbij de Duitse artilleristen afwachtten wat er verder zou gaan komen. Maar in Groningen gingen de Duitse verdedigingsgevechten niet geheel naar wens en de Canadezen braken daar op verschillende plekken door de Duitse verdediging heen.
Aftocht der Duitsers
De bevrijders bezetten het spoorwegstation en de bruggen over het verbindingskanaal werden door hen al onder vuur gehouden. De Kampfkommandant in zijn bunker dreigde afgesloten te worden van zijn troepen in de stad Groningen. Een omsingeling vanaf de Parkweg en Rabenhauptstraat in Groningen dreigde. Aan het begin van de zaterdagmiddag nam hij het besluit om zich terug te trekken uit Haren. Nog enkele uren werd er hard doorgewerkt in de bunker om alles te regelen. Alle betrokken onderdelen moesten hiervan op de hoogte worden gesteld. Hierna verliet hij zijn bunker per auto en trok met zijn staf in een lange file auto’s over de Rijksstraatweg naar het noorden. Hierna kregen alle Duitse troepen in Haren de opdracht om zo spoedig mogelijk terug te trekken naar Groningen. Ook de artilleristen van de twee zware 7,5 cm kanonnen vertrokken en lieten ze ongebruikt achter! De lichtere Flakkanonnen werden ook achtergelaten, maar door de bemanning eerst nog vernield. De Canadezen in Haren hebben niets bemerkt van deze Duitse terugtocht en voerden zelfs nog versterkingen aan. Toen omstreeks 15.00 uur een paar Canadese verkenners de tankgracht passeerden gebeurde er niets. De kanonnen stonden tot hun verbazing onbemand achter een aarden wal en er waren geen Duitsers meer te zien! Haren was aan een vernietiging door oorlogsgeweld ontsnapt door een snelle opmars van de bevrijders in de stad Groningen. Weet u meer over de bunker, de bevrijding wilt u dat dan doorgeven aan Haren de Krant. Mail aan: redactie@harendekrant.nl

Geen reacties